Eindelijk van mij

De hoop dat het op deze manier zou lukken was allang vervlogen, mijn grens allang bereikt.

28 april 2017
Vandaag ben ik terug.
Geen kriebel meer van angst en opwinding.
Geen sluimerende wanhoop of weggedrukt verdriet.
Nu pas ben ik er echt.
Ik denk aan alle haastige keren.
Binnenkomen, uitkleden, liggen. Benen in de beugels en nog wat naar beneden schuiven.
De rol papier die langs mijn billen schuurt, de stoel aan mijn linkerkant waar Mr. Simpelsap zit.
– Niet denken-
Aan latex handschoenen, kleurloze XL condooms, warm glijmiddel en dildo-camera’s .
Aan gewroet in mijn binnenste, aan het zwart witte scherm dat mijn hoop kleurt met cijfertjes.
Aan mijn weggemoffeld slipje op de kruk achter het gordijn en aan mijn gelukssokken die hun werk nooit goed hebben gedaan.

Ik denk aan alle keren alleen op de fiets, terug naar het werk na een controle of behandeling.
Aan het eeuwige gepingpong tussen hoop en wanhoop, tussen vertrouwen en verdriet.
Aan de zoete belofte van een baby, het zout van weg geslikte tranen en de bittere teleurstelling van iedere poging die is mislukt.
Bekeken, bemeten en beoordeeld.  Geadviseerd, geholpen en geïnsemineerd.
Maar nooit bevrucht.

Ik wil mezelf niet  langer afbreken om te kunnen investeren in de toekomst.
Ik heb te hard en te lang gevochten voor de stem in mijn binnenste die zich eindelijk weer laat horen als mijn grenzen zijn bereikt.
Het was de angst die me liet beginnen, het is de liefde die me laat stoppen.

De kleuren van wachtkamer, de tijdschriften op de tafel. De receptioniste en echoscopisten.
Alles is hetzelfde, maar van binnen is alles anders.
Mijn lichaam is eindelijk weer van mij.

 

 

 

Kamp Kinderloos. Over vallen, opstaan en herkaderen

Ooit waren we met een hele groep.
We dansten van de ene mijlpaal naar de volgende. Samenwonen, trouwen, een huis kopen..
Iedereen had een eigen volgorde  en we troffen elkaar in Kamp Kinderloos.
Het kamp waar gefeest en gefantaseerd wordt. Waar we balanceren tussen ‘We zijn er nog niet aan toe’ en ‘Zullen we het toch proberen?’ Waar er heftig gespeculeerd wordt over wie de volgende zal zijn en of er een jongetje of meisje onderweg is.
Het kamp waar zwanger worden een roze wolk is en kinderloosheid een keuze.

Nog voor we onze basis hadden opgezet, vertrokken de eersten al naar het volgende kamp. We leefden mee, blij en opgewonden over hun toekomst. We zagen onze vrienden transformeren in vaders en moeders, met slapeloze nachten en onvoorwaardelijke liefde. Vertederd keken we naar de baby’s die hun leven zoveel intenser en rijker maakten.  We hoorden de verhalen over totaalrupturen, toeschietreflexen en tandjespoep.
Zij gingen ons voor als verkenners en wij zouden hen over niet al te lange tijd volgen. Tevreden keerden we terug naar Kamp Kinderloos.
Alles gebeurt op het juist moment, dat van ons was simpelweg nog niet gekomen.

In de jaren die volgen wordt het kamp leger en leger. Steeds meer mensen vertrekken naar de volgende fase.
Mr Simpelsap en ik doen verwoede pogingen om het kamp te verlaten, maar glibberen steeds weer terug naar de basis. Het lukt niet.
Roze wolken worden donderwolken en het zicht op de toekomst is mistig.
Waar koersen we op af?
Even verderop staat het leven in volle bloei.
Kamp Kindervreugd groeit. Twee kinderen, drie kinderen…  Het leven dendert voort en gezinnen blijven groeien. Kamp Kinderloos is een afgesloten hoofdstuk uit een ver verleden. Het is moeilijk om een herinnering die zo ver van je afstaat levend te houden.
En waarom zou je ook?

Ze komen weleens langs, de bewoners van Kamp Kindervreugd.
Dan verbazen ze zich over de eindeloze ochtenden waarin uitslapen meer regel is dan uitzondering. Vergapen zich aan de zeeën van vrije tijd en de spontane plannen die moeiteloos tot uitvoering gebracht kunnen worden.  Ze kijken elkaar aan, vol nostalgie en soms een tikje jaloers, om vervolgens tot de conclusie te komen dat Kamp Kindervreugd de plaats is waar ze nu horen.
En dan gaan ze weg.
Maar vaker zijn wij daar, dan zij hier. Want dat is nu eenmaal gemakkelijker.
We passen ons aan in taalgebruik en tempo, stappen in een structuur die niet de onze is en luisteren naar de stroom van anekdotes en nieuwe mijlpalen.
Dan kijken we elkaar aan, soms jaloers en vaak een beetje verdrietig, om vervolgens tot de conclusie te komen dat wij daar de bezoekers zijn.
En dan gaan we weg.

Het restant van Kamp Kinderloos splitst.
De kindervrijen vertrekken, trekken erop uit en vullen hun leven in naar eigen zin.
En wij? Kinderlozen met kinderwens?
Wij blijven.
Wanneer de wolken – grijs of roze-  optrekken, zien we ons leven in nieuw perspectief.
We hoeven de klassieke klim niet te maken om boven onszelf uit te stijgen. Wat maakt het uit wat onze volgende stap zal zijn?
Hier is nog zoveel te beleven!
We spelen, leren en ontdekken. Reizen naar buiten én naar binnen.
Genieten van de vrijheid, de flexibiliteit en de onbezorgdheid.  Eindelijk voel ik hoe heerlijk het is om alleen de zorg voor mezelf te hoeven dragen.
Natuurlijk is er storm en regen, zijn er donderwolken en mistbanken. Vaak mengen tranen van teleurstelling zich nog steeds met die van jaloezie. Maar ondanks alles, staan we hier.
Samen sterk, sterker dan ooit. We genieten van het uitzicht en van elkaar.
Onze kinderwens leeft… en wij eindelijk ook.

Voorbij de voor(oor)delen

voorbij-de-vooroordelenYoga. Na drie weken besluit ik eindelijk weer te gaan en kijk al dagen uit naar mijn les.
Maar mijn yogajuf blijkt afwezig te zijn en er komt een vervanger.
Een man.
Deze yogadocent is kalm en koel en staat erom bekend dat hij leerlingen veelvuldig helpt  met het aanpassen en intensiveren van de verschillende houdingen.
De mede yogi’s zijn enthousiast, maar ik heb hem altijd ontweken.
Mijn adem versnelt en mijn spieren spannen zich. Mijn yoga outfit zit ineens erg strak en ik voel me benauwd.

Een man die te dichtbij komt, is gevaarlijk.
Een fietser die te weinig afstand houdt, een collega die ineens achter me staat, of een yogadocent die een les overneemt.
Als slachtoffer van seksueel misbruik voel ik me snel onveilig.
Nemen spanning en weerstand toe en gaat mijn hart sneller kloppen. Voelt mijn keel droog en zijn mijn handen nat van het zweet. Ik pareer mijn angst met woorden, bruuske handelingen of stoer gedrag, maar de angst blijft…

Winterse dagen, donker, mistig en grijs.
Voorheen kon de impact verpletterend zijn en ging ik gebukt onder een zware winterdip. Ik voelde me futloos, terneergeslagen en snakte naar hogere temperaturen en meer zonneschijn.
IJsland gaf de winter een nieuwe betekenis.
Daar dwaalden we in het donker en genoten we van de stilte en de sneeuw. De zonne-uren bepaalden ons tempo en we gaven ons over aan de kou.
Sinds we in IJsland zijn geweest is iedere grijze ochtend op de fiets een levendige reminder aan twee geweldige reizen. Droom ik weg bij de mistflarden, geniet ik van het ondoordringbare wolkendek en koester de spaarzame zonnestralen die af en toe tevoorschijn komen.

Ik sta nog steeds op mijn yogamat.
Mijn hart klopt in mijn keel en mijn handen trillen.
Beweeg ik uit liefde, of vlucht ik uit angst?
De les begint en ik besluit te blijven. Laat mijn hart maar luid kloppen en mijn handen trillen.
Mijn vooroordeel heeft geen voordeel meer.
Het houdt me niet veilig, maar klein. Het is tijd om los te laten.
Met de eerste zonnegroet verspreidt er zich een warm gevoel door mijn lichaam.
Deze keer komen de stralen van binnenuit.

Leven uit liefde in tijden van woede

leven-uit-liefdeIk ben de schrijver van mijn eigen verhaal, wat er ook gebeurt.
Helaas kan ik niet alle plottwists bepalen, maar ik ben wel degene die bepaalt voor wie de hoofdrollen zijn weggelegd en hoe het verhaal afloopt.
Leven uit liefde is ruimte geven aan mijn verhaal en beseffen dat iedereen op de wereld ook een verhaal met zich meedraagt.
Wanneer ik de ander de ruimte geef om zijn verhaal te vertellen, geef ik de ander de ruimte om er te zijn. Het kweekt begrip, tolerantie en mededogen.
Het maakt de wereld tot een betere plek. Want als ik handel uit liefde, inspireer ik een ander misschien ook om hetzelfde te doen.

Ooit leerde ik dat er onder woede verdriet zit. Hoe kwader de persoon, hoe dieper het verdriet.
Als ik om heen kijk zie ik veel boze mensen. Op Facebook, op televisie, op mijn werk of in mijn vriendenkring, mensen zijn boos. Heel boos.
Er worden strijdjes gevoerd, over politieke voorkeur, cultuurbehoud en de visie op de toekomst.
Maar wat levert de strijd om gelijk eigenlijk op? En wat wakkert die woede aan?

Mijn woede wordt aangewakkerd door onrechtvaardigheid.
Strijdlustig haal ik dan mijn stokpaardjes van stal om ze op te tuigen met mijn normen en waarden. Mijn ogen spugen vuur, het stoom komt uit mijn oren en met een heethoofd vol argumenten ga ik de strijd aan.
Ik word boos op de mensen die zichzelf beter voelen dan een ander, dwingend zijn en hun denkbeelden aan anderen opdringen. Mensen die het recht van vrije meningsuiting misbruiken en het veranderen in het recht om iedereen te beledigen die het niet eens is met hun gedachtegoed. Mensen die zich opsluiten in een ivoren toren, naar beneden kijken en concluderen dat zij zich niet met ‘dat soort mensen’ wensen in te laten.
Mijn woede wordt aangewakkerd door mijzelf.

In de loop der jaren heb ik mezelf omringd met mensen die hetzelfde denken als ik. Feministen, milieuactivisten en minimalisten. Linksstemmers en idealisten, flexitariërs en multipotentials.  Mensen die leven uit liefde en gericht zijn op groei.
Ik woon in een bubbel van gelijke denkers en we zijn het roerend met elkaar eens.
Anders denkenden, raken steeds verder van mij verwijderd. Ik ontvolg ze op Facebook of verander van gespreksonderwerp als de discussie om de hoek komt kijken. Hoofdschuddend zap ik weg als er een woedende PVV-er in beeld komt. Wat een dommerik zeg!
Ik ken hen niet langer en ben blind voor het verhaal achter hun mening, omdat zo vol ben van het mijne.

Ik ben verdrietig.
Verdrietig omdat er zoveel mensen gekwetst en eenzaam zijn, omdat het leven soms zwaar en oneerlijk voelt en het makkelijker lijkt om elkaar aan te vallen dan op te zoeken.
Ik ben verdrietig omdat kapotmaken sneller gaat dan helen en het lijkt alsof we tijd en energie te kort komen om iedereen te geven wat hij of zij nodig heeft.
Elke dag draag ik mijn steentje bij aan een betere wereld en hoewel ik weet dat ik niet de enige ben met deze intenties, staar ik mezelf wel blind op mijn eigen werkwijze.

Als ik wil leven uit liefde, moet ik soms mijn mond dicht houden en mijn hart open.
Moet ik soms even niets vinden, maar durven zoeken.
Zoeken naar het gekwetste hart achter de zure verwijten, naar de angst achter de woede, naar de overeenkomsten voorbij de verschillen.
Zolang ik durf te zoeken, zal ik de liefde vinden.
In mezelf en in de wereld om me heen.

Pak het beestje bij de ballen: Ik ben één op de drie.

pak-het-beestje-bij-de-ballenSimpelsap draait om simpel, sappig en echt leven uit liefde.
Leven met taboes is voor mij leven in verdrukking.
Ik weiger nog langer in dienst te zijn van mijn innerlijke monsters en daarom is het tijd om dit te delen.

Één op de drie vrouwen is in haar leven slachtoffer van seksueel geweld.
Ik ben die één op de drie.
Op jonge leeftijd zijn er twee personen ver over mijn grenzen gegaan en hebben tegen mijn zin, seksuele handelingen met mij verricht.
Wie dit waren, wat de context is en wat er precies is gebeurd zijn niet relevant voor dit verhaal. Dat seksueel geweld verstrekkende gevolgen heeft wel.

Ik ben beroofd.
Nog voor dat ik wist wat ik waard was, werd het van me gestolen. Kinderlijke onschuld, zorgeloosheid en impulsiviteit.
Mijn kwaliteiten in de knop werden omhuld met een donker geheim dat te zwaar was om te dragen. Ik vertelde het aan mijn familie en daar werd wisselend op gereageerd. Sommigen waren woest, anderen verdrietig. Sommigen wilden praten, anderen juist handelen.
Ook zijn er mensen die er niets van wilden weten en het tot de dag van vandaag blijven ontkennen.
Er werd gewerkt aan mijn weerbaarheid, maar tegelijkertijd werd ik opgezadeld met de veel te zware verantwoordelijkheid om het gebrek van zelfbeheersing van een ander te compenseren.
Veel te vroeg leerde ik wat ongewenste intimiteiten zijn en dat ik me bewust moest zijn van mijn eigen grenzen. Ineens kon iedereen dader zijn en van mij weer een slachtoffer maken.
Ik heb geleerd me te schamen.
Voor mezelf, voor mijn lichaam en voor wat het op kon roepen bij anderen.
De gebeurtenis die me heeft beroofd van wat ik had kunnen zijn, mocht geen rol spelen in mijn leven. Ik werd me pijnlijk bewust van mijn vrouwelijkheid en de desastreuze gevolgen van het verkeerd inschatten van situaties.
Leegte, schaamte en eindeloze onzekerheid. Een nooit te stillen honger naar (zelf)controle en bevestiging. Gebukt onder schaamte, maakte ik me kleiner dan ik was.
Ik wilde graag mijn plek op deze wereld innemen, maar twijfelde aan mijn bestaansrecht.
Ik werd een emotionele kameleon; peilde reacties en paste daarop mijn muurtjes en maskers aan. Mijn verwarring overwon ik door afstand te nemen, van mezelf en van anderen.  Niemand kan mij raken als ik er niet ben.

Ik vocht en overwon
Vol idealisme startte ik met mijn SPH opleiding, waar ik hoopte te leren andermans gebroken hart of zelfbeeld te helen, maar uiteindelijk vooral mezelf leerde redden. Ik ging in therapie, vertelde stukje bij beetje mijn verhaal en zette yoga en shiatsu massages in om terug te kunnen keren in mijn lichaam dat ik zolang heb gemist.
En ik schrijf alsof mijn leven er vanaf hangt. Want dat is ook zo.
Ik ben de baas over mijn verhaal en ik kan de held zijn, of het chronische slachtoffer. Mijn verhaal bestaat niet bij de gratie van een ander.
Er is mij geweld aangedaan en de gevolgen daarvan draag ik nog iedere dag.
Vechten om bestaansrecht of erkenning, het moeizame traject van het maken van Simpelsapjes, worstelen met de Endobitch en eindeloos onderhandelen met Miss Perfectionist en Miss Controlfreak.
In de meest alledaagse situaties gooit dit trauma haar eigen sausje in de mix, zodat de luchtigheid en onschuld er meedogenloos uitgeklopt worden en Angsthaas overuren maakt.
Toch weiger ik om lelijk te worden van het leed dat ik draag en weiger de schuld bij me te houden voor de daden die ik niet heb verricht.
Stap voor stap schud ik de onzichtbaarheid van me af, durf ik mijn slachtofferschap te omarmen en los te laten wat niet bij mij hoort.
Ik ben de schaamte voorbij en kan dit verhaal met opgeheven hoofd met je delen. Niet als een slachtoffer of overlever, maar als een vrouw die probeert te leven uit liefde.

De kunst van het wachten

De kunst van het wachten

“Als alles in beweging is, moet jij juist stilstaan. Doe wat je doen moet en wacht af. Later valt alles op zijn plek en kun jij je koers bepalen”
Hij glimlacht alsof het de normaalste zaak van de wereld is.
Ik glimlach terug en vraag me af of hij gek geworden is.
Stilzitten en wachten? Hoe dan?
Als een konijntje dat angstig in de koplampen kijkt?
Als een leerling die hoopt dat ze geslaagd is?
Als mezelf, wanneer de seconden wegtikken op de klok en ik vurig hoop op een positieve test?

Wachten.
Je zou denken dat oefening kunst baart, maar in mijn geval is niets minder waar.
In de vier jaren dat Mr. Simpelsap en ik Simpelsapjes proberen te brouwen, hebben we samen heel wat af gewacht.
Dolgeslingerd  tussen hoop en vrees.
Hoe kun je wachten zonder hoop?
Hoe kun je hopen zonder vrees?
Wachten betekent dat alles wat ik kon doen gedaan is.
Machteloos overgeleverd aan God, geluk en toeval.
Stilstaan en wachten.

Wachten is nooit mijn sterkste kant geweest.
Met een vurige ambitie om alles beheersbaar te houden, plande ik met militaire precisie mijn leven.
Opgedeeld in vijf- en tien jaren plannen, die op hun beurt opgebroken werden in nimmer eindigende actielijstjes.
Altijd in beweging, altijd efficiënt. 100% inzet, voor 100% resultaat.
Pas nu het leven mij in de wacht heeft gezet, durf ik stil te staan.

Stil staan.
Ervaren hoe diep mijn wortels zijn gegroeid en hoe hoog mijn handen kunnen reiken.
Voelen hoe stevig onze basis is en hoe helder mijn intuïtie klinkt. Hoeveel ik heb om dankbaar voor te zijn en hoe groot mijn geluk is wanneer ik vliegensvlugge gedachten kan vangen op papier.
Ik ren niet langer uit angst naar de volgende mijlpaal in mijn leven, maar beweeg steeds bewuster uit liefde. Ik vaar op mijn vertrouwen dat alles een tijd en reden heeft en langzaam groeit de moed om me te laten verrassen door het leven.
Mijn pad naar later hoeft niet strak uitgestippeld te zijn.
Ik kan volgen wat mijn hart in beweging brengt, wat mijn ogen laat sprankelen en wat me voldoening en vrede geeft. Met die koers maakt het niet uit hoe de puzzelstukjes zullen vallen.
Ik ben altijd op mijn plek. Daar hoef ik niet op te wachten.

Als iemand in je gelooft

Als iemand in je gelooft Grote, schreeuwerige letters op gekleurd, glimmend plastic.
“Zie je deze letters? “ Opa hield met zijn linkerhand het pak vast.
“Kijk dan: NU – IE – UH- WE”.
De letters rolden langzaam uit zijn mond terwijl hij ze één voor één aanwees.  “Dus de volgende keer dat je deze letters bij elkaar ziet, weet je wat er staat. NIEUW.
Nu kan je lezen. “
Opa glimlachte tevreden en ik kon van verbazing geen woord uitbrengen.
Mijn opa, die altijd zei dat hij niet kon lezen, opende voor mij de deur naar een nieuwe wereld.
Een pak maandverband bleek de sleutel.

Ik had al letterhonger voordat ik leerde lezen, verzon een eigen handschrift voordat ik schrijven kon. Toen ik de wereld van boeken zelf kon bereizen, was ik helemaal niet meer te stoppen. Avond na avond dook ik in nieuwe dimensies, verlangend naar de dag dat ik met mijn woorden een wereld zou kunnen bouwen.
In mijn pubertijd vluchtte ik van de onzekerheden, zocht ik in romans naar realistische oplossingen.
Ik rijmde mezelf door roerige tijden, kleurde grijze dagen met mijn groeiende vocabulaire en schreef door regen naar zonneschijn.
Ik werd volwassen.
Met open hart en armen stormde ik de wereld in. Vastbesloten hartenpijn te verzachten, gaten te vullen en levens te redden. Geen woorden, maar daden!
Ik dacht dat ik handelde uit liefde. Maar nooit heb ik zo hard gewerkt als in die jaren waarin ik besloot mijn eigen hart op een zijspoor te zetten.
Pas toen mijn leven stilviel, hoorde ik waar ze sneller van ging kloppen.

Pippi was een van de eersten die herkende wat ik wilde zijn. Ze vroeg me om haar avonturen op papier te zetten. Tijdens het vertellen pakte zij mijn hand, verwonderde zij zich om de bult op mijn middelvinger en vroeg me waar dat door kwam.
“Door het schrijven” antwoordde ik achteloos en wilde weer verder gaan met haar verhaal. Ze lachte.
“Hoe kun je nu niet weten wat je moet doen in je leven, als het antwoord zich recht onder je neus bevindt? Gebruik je SCHRIJFKNOBBEL!”
Ik lachte om haar eenvoudig inzicht, dat simpelweg de waarheid was. Toch bleef ik aarzelen.
Als je jezelf zo ver voorbij bent gelopen, is de weg terug lang en eng.
Waar zou ik moeten beginnen?
‘Op internet natuurlijk!’ Zei mijn juf. ‘Maak een social media account, een blog, wat dan ook! Doe iets met dat schrijven! Het is zonde als je dat niet doet.’
Simpelsap werd geboren.
Eerst heimelijk en anoniem. Maar toen de woorden begonnen te stromen, was er geen houden meer aan.

Bij iedere blog die verschijnt, voel ik mezelf groeien. Niet in Ego, maar in Essentie.
Ruimte geven aan datgene wat ik het allerliefste doe brengt me zoveel geluk en plezier dat ik niet anders kan doen dan delen. Dus ben ik terug op Facebook en vertel ik over mijn blog en mijn liefde voor letters.

Als ik de moed verzamel om de grootsheid onder ogen te komen die anderen al in me zien, kan ik worden wie ik wil zijn.
Want pas als ik zélf ergens in geloof, wordt het echt.

Meesterlijke maandag: de beloning van Miss Perfectionist

De beloning van Miss Perfectionist Miss Perfectionist. Van alle monsters spant zij de kroon met haar hysterische eisen, haar meedogenloze strijdkracht en haar verstikkende voorwaarden. Toch speelde zij nooit de hoofdrol in mijn monsterlijke maandagen. Ik heb vaak met haar geworsteld, zag haar als vijand of vriendin, maar kon haar les nooit herkennen. Tot nu.

Van rots in de branding naar blok aan mijn been
Als een bondgenoot staat ze aan mijn zijde. Ze houdt me alert, is een onuitputtelijke bron van feedback en spoort me aan om altijd het beste van mezelf te geven…Om vervolgens te constateren dat dat niet genoeg is. Bij haar ben ik klein, maar veilig. Zij houdt slachtoffer ver van mij vandaan, want als ik doe wat zij zegt, hou ik de touwtjes stevig in eigen handen. Ze is mijn rots, mijn baken. Maar nu ik me richt op groei, steeds vaker een blok aan mijn been. Ze fluistert in mijn oor dat ik er nog niet klaar voor ben. Ik kan nog geen betaalde schrijfopdrachten aannemen, moeder worden of een échte carrière opbouwen. Het is beter om eerst nóg een opleiding te volgen, gezonder te leven, meer werkervaring op te doen of mijn netwerk te vergroten. Ze laat me geloven in de illusie dat er een eindpunt is, dat er een moment is dat ik mijn sporen heb verdiend en er eindelijk mag zijn.

Simpelsap groeit!
Haar voorwaarden verliezen hun glans nu ik werk aan onvoorwaardelijke liefde voor mezelf. Door te schrijven, draag ik steeds makkelijker uit wie ik ben. Ik verschuil me niet langer achter ‘niet goed/slim/ervaren genoeg’ en waag me voorzichtig aan ‘goed genoeg’.
Dat merk ik ook op Simpelsap. De bezoekersaantallen stijgen en ook in mijn omgeving krijg ik steeds vaker (positieve) reacties op mijn schrijven. Het geeft enorm veel voldoening om te horen dat mijn blogs troost, inspiratie, ontspanning of een wijze les bieden. Dank jullie wel! 🙂

Nu ik schrijf, word ik gezien zoals ik ben.
Dat is het fijnste wat er is, maar ook een beetje eng. Want op een onbewaakt moment steekt Miss Perfectionist haar kop op. Fluistert ze valse (voor)oordelen en doet een graai om de touwtjes weer in handen te krijgen. Dan raak ik uit balans en doe ik een wiebelig dansje. Zoek ik mezelf, tast ik mijn kaders af en verzamel goede moed. Om vervolgens weer mijn vingers over het toetsenbord te laten glijden en mijn eigen ritme te bepalen.
Laat die touwtjes maar zitten.

Discriminatie

DiscriminatieIk heb geen Facebook en kijk niet vaak tv. Toch kom ik er niet onderuit.
Of het nu gaat over de zwarte pieten discussie, DENK of de Efteling, het lijkt alsof discriminatie steeds vaker onderwerp van gesprek is.
Discussies worden verbale oorlogen en men beschuldigt elkaar van aanstelleritis, overgevoeligheid of ongevoeligheid.
Uitspraken worden steeds grover, maar een oplossing komt niet dichterbij.
Waarom is er zo’n sterke behoefte om te discussiëren over discriminatie?

Discriminatie
Volgens het Van Dale betekent dit ongeoorloofd onderscheid maken. Ongeoorloofd is een ander woord voor verboden. Zo heb je rassendiscriminatie, leeftijdsdiscriminatie. Maar ook discriminatie op grond van geslacht, religie of seksuele voorkeur.
Op ieder verschil kun je onderscheid maken.
Onderscheid maken zorgt ervoor dat je situaties juist inschat en draagt daardoor bij aan je veiligheid.
Voorbeeldje uit de oertijd: is dat beest dat daar staat een mammoet of een sabeltandtijger?
Moet je ernaartoe rennen (want: eten!) of juist er vanaf, omdat je anders zelf het haasje bent?
Door onderscheid te maken en te oordelen, wordt de wereld een stuk overzichtelijker.
En dat voelt veilig.

Onderscheid maken; wanneer is het geoorloofd?
D
e lijn tussen ‘onderscheid maken’ en ‘het maken van ongeoorloofd onderscheid’ is een hele dunne. Wanneer is het maken van onderscheid verboden?
In mijn jeugd heb ik een aantal vervelende ervaringen gehad met mensen die een nogal fors postuur hadden. Er kwam fysiek of verbaal geweld aan te pas en als klein Simpelsapje voelde ik me daar angstig en onveilig bij. Die gevoelens hebben zich in mijn systeem genesteld.
Ik merkte dat ik in de praktijk terughoudend was naar mijn forse medemens, alsof zij bij voorbaat al plannen smeedden om mij het leven moeilijker te  maken.
Ik had niets tegen ‘dikke mensen’  hoor, in mijn familie waren er ook ‘dikke mensen’ en een juf op school was ook fors van postuur. Maar ik hield wel afstand, want het grootste gedeelte van de ‘dikke mensen’ die ik kende gaven me een onveilig gevoel.
Het was misschien een oordeel, maar wel geoorloofd toch?
Een aantal jaren geleden ontmoette ik een forse vrouw. Bij onze eerste ontmoeting deed ze opvliegend en snauwerig. Ik schrok van haar felheid en hield afstand.
Zie je nou wel….
Toen ik haar later beter leerde kennen, bleken we het echter goed met elkaar te kunnen vinden. We kletsten over van alles en toen onze eerste ontmoeting ter sprake kwam, vertelde ze dat die dag alles tegenzat. Ze had een rotdag en was stikchagrijnig geweest.
Een tikje beschaamd vertelde ik haar over de eerste indruk die zij op mij maakte en over mijn ‘forse mensen’ vooroordeel. Zij kon er om lachen, maar ik voelde me er vervelend onder.

Als je je angst onder ogen komt, verliezen vooroordelen hun waarde
Ik realiseerde me dat het oordeel dat ik over forse mensen had, meer zei over mij dan over hen.
Het was hun taak niet om te ‘bewijzen’ dat zij anders waren dan de mensen die mij hebben gekwetst of beschadigd.
Het is mijn taak om mijn angst onder ogen te komen en hier iets mee te doen!
Als ik me echt veiliger wilde voelen, diende ik de angst aan te pakken en niet mijn forse medemens te bestoken met allerlei (onuitgesproken) vooroordelen.

Veiligheid en oordelen
De behoefte om onderscheid te maken, ongeoorloofd of niet, heeft te maken met je eigen gevoel van veiligheid en de manier waarop je je met de wereld verbindt.
Als je veilig voelt, ben je ontspannen. Je hebt de ruimte om aanwezig te zijn in het moment en de ander met een open blik te bekijken.
Wanneer je je onveilig voelt, helpt het om de wereld opnieuw in te delen. Vriend of vijand, goed of kwaad, wij en zij. Door overzicht te creëren weet jij waar jij aan toe bent.
Met die gedachte in mijn achterhoofd kan ik alleen maar concluderen dat het erop lijkt alsof we met z’n allen steeds banger worden. Zó bang, dat we vooral de nadruk leggen op de verschillen zonder deze te willen overbruggen. We leggen de verantwoordelijkheid en macht over onze angsten bij de ander neer, in plaats van deze zelf te bestrijden.

Waar wil je je mee verbinden?
Verbondenheid is geen keuze. Je bent altijd met íets verbonden, je bent altijd onderdeel van een geheel.
Discrimineren is verbinden met angst.
Van te voren oordelen en de verschillen onder een vergrootglas leggen.
Voordat een ander zijn verhaal kan vertellen, heb jij je woordje al klaar.
Verbinden met liefde, is durven vragen en de tijd nemen om te luisteren naar het antwoord.
Het is op zoek gaan naar overeenkomsten, want die zijn er altijd.
Het is het besef dat je angsten jouw monsters zijn om te overwinnen en dat de verhalen die je jezelf vertelt altijd herschreven kunnen worden.

We zijn allemaal een beetje bang, maar ook allemaal een beetje dapper.
Welk verhaal ga jij ervan maken?

 

 

 

P.S Meer over angst, liefde en discriminatie?
Check de aflevering van ‘Dus ik ben – Thuis’

Opgeven & Loslaten

MM Opgeven en Loslaten

De gebroeders Opgeven en Loslaten stuiteren als monsterlijke tweeling door mijn leven. Zij aan zij botsen ze tegen de geijkte kaders op en geven hun eigen draai aan de keuzes die ik wil maken.
Zo op het eerste gezicht zijn ze onafscheidelijk en lijken ze sprekend op elkaar.
Ze staan symbool voor het Onvermijdelijke Einde. Natuurlijk wordt die altijd opgevolgd door een Nieuw Begin, maar wanneer ik die twee dikkoppen zie opduiken is die gedachte verder weg dan ooit.
Het liefste zou ik me omdraaien en wegrennen, maar uit ervaring weet ik dat ze me altijd te snel af zijn.

Opgeven
Vaak is Opgeven de eerste op me afkomt.
Natuurlijk zit Angsthaas op de bestuurdersstoel en schreeuwt felle verwijten terwijl Opgeven in volle vaart op me af dendert .
Ik haat Opgeven. Ik heb per slot van rekening een reputatie hoog te houden. Ik ben een surivor, opgeven is niet mijn stijl!
Mijn kaken verstrakken en mijn vuisten ballen zich. Ik ben niet van plan om de strijd zo gemakkelijk op te geven. Gewapend met een ijzeren discipline en mijn Ego voorop ga ik de confrontatie aan.
Ik zal je laten zien wie ik ben! Opgeven? Dacht het niet!
Het voelt alsof ik onder een vergrootglas lig en iedere beweging van cruciaal belang is. De fluisterstemmen van ‘wat zullen andere mensen wel niet denken’ worden steeds harder en ik voel me overvallen door twijfel en schaamte.  Wie ben ik eigenlijk? Waar wil ik naartoe? En waar gaat dit eigenlijk écht over?

Loslaten
Wanneer ik in volle strijd met Opgeven ben verwikkeld, komt Loslaten om de hoek kijken. In eerste instantie ben ik niet eens bewust van zijn aanwezigheid. Verblind door Ego en Angst voel ik dat ik de strijd aan het verliezen ben. Ego en Opgeven touwtrekken om mijn aandacht en Angsthaas beheerst de situatie.
Maar zo makkelijk laat Loslaten zich niet afschepen. Met zachte dwang neemt hij de ruimte, steeds een beetje meer. Zijn komst gloort als hoop aan de horizon en hoewel ik hem nog niet helemaal los kan zien van zijn broer, ben ik bereid om naar zijn kant van het verhaal te luisteren.

Loslaten geeft me ruimte. Vertelt me wat ik in eerste instantie niet horen wil en windt daar geen doekjes om. Hij herinnert me eraan dat ik in de felle strijd de verbintenis met Liefde ben verloren. Daarom is de nood zo hoog om het proces te beheersen.  Maar als ik loslaat, komt Liefde naar me toe. Beloofd.
Opgeven is stilletjes van het toneel verdwenen, Ego zit mokkend in een hoekje.
De strijd is gestreden en de waarheid onthuld.

Ik ben nog niet zo ver om in moeilijke tijden te leven uit Liefde. Soms overschreeuwen Angst en Ego de situatie en laat ik me verleiden door Miss Controlfreak om de touwtjes in mijn leven wat strakker aan te trekken. Maar als ik die twee dikkoppen aan de horizon verschijnen, weet ik dat ik opnieuw de kans krijg om de Liefde weer uit te nodigen.