Zielig
Falen
Hopeloos
Ooit bewoog ik hemel en aarde om die woorden te ontwijken.
Vocht ik mezelf vooruit en duwde mijn slachtofferrol in het verdomhoekje.
– Ik doe niet aan zieligheid-
Van fouten maken kun je leren, maar ik wist beter
Falen is afgaan, afglijden naar kopje onder
Wie belooft me dat ik mijn hoofd dan weer boven water kan houden?
-Ik doe niet aan falen-
Ik beet me vast in hoop, want ik wilde blijven leven
Welk hart kan kloppen zonder verwachting?
– Ik doe niet aan hopeloosheid-
Woede was mijn drijfveer
Angst mijn groeivoer
Oordelen de staf waarmee ik het kaf van het koren scheidde
Zielig
Falen
Hopeloos
Konden zomaar de strak gestrikte sluitingen zijn van mijn eigen faalverhalen
– Ik doe niet aan losse eindjes-
De lat altijd hoog
De boog altijd strakgespannen
En door al dat zorgvuldig strikken
Was ik de rode draad kwijtgeraakt
Hoe kan ik het leven omarmen
Als ik mijn handen vol heb aan
De trots en de schaamte
De oordelen en de taboes
De regels en de verwachtingen?
Met bibberende benen en een bonkend hart
Peuterde ik mezelf los
Ontwarde ik de knoop van woede, angst en oordelen
Vond ik mijn draad weer terug
Zielig geeft me de ruimte om voor mezelf te zorgen
Falen het respect voor mijn eigen proces
Hopeloos brengt me de lenigheid om mijn gezicht te draaien naar het licht,
Zodat de schaduw weer achter me valt
Zielig
Falen
Hopeloos
Eerst wees ik ze consequent af,
Nu ontdek ik ze allemaal
Bemoedigende groet,
Dank je wel Rob! 🙂
Verhelderend en ook een beetje confronterend dankjewel